2013: Op 4 augustus, de laatste dag van mijn reis Engeland, Wales en Schotland, las ik in de bus het kersverse gedicht Bijenleven ten overstaan van de medereizigers:
Bijenleven
Naar vreemde verten onderweg zoemend
rond de koningin die voorin troont
- het zicht is weids, het zonlicht klaar –
beleven wij het dodelijk moment
waarin een bijenvolk te pletter slaat.
Het blijft als dode sterren achter aan gene
zijde van de ruit, tekens van vervlogen leven
op de spiegelende wand totdat ze door twee
reuzenarmen worden weggevaagd, want
ons uitzicht moet onbekommerd schijnen.
Straks zwermen wij onze luxe korf uit
om ooit weer een volk te vormen
rondom een nieuwe koningin, op zoek
naar hoger honing en dansend om
niet voortijdig te worden uitgewist.