Dichters, schrijvers en beeldend kunstenaars uit Nijmegen en omgeving over wat hen het meest beroert. Deze uitgave verscheen ter gelegenheid van de jaarlijkse conferentie van Rotary International, district 1550, die op 27 en 28 oktober 2000 te Nijmegen werd gehouden. Hierin zijn onder meer opgenomen: Vuilniszakken, Bedrijvigheid, Tuin en Uur U.
Bedrijvigheid
Ik heb veel meegemaakt.
Vanaf mijn eerste dag
zocht ik mijn ouders
in mijn ouders tot hun
oogopslag vanmorgen.
Ook leefde ik veel levens
tussen vrouw en kinderen,
kreeg steeds kennis aan
de vrienden die ik had.
Onderwijl bereisde ik
de halve wereld in mijn
land, verhuisde aldoor in
mijn stad en zwierf door
de vier tuinen van mijn
tuin. Ik keek mijn ogen
uit naar het weekdier
in mijn dagelijkse bad,
herlas mijn twintig boeken
twintig maal, herschreef
mijn honderd verzen
onophoudelijk en had lief
alsof ik nooit had liefgehad.
Uur U
Vader en ik, wij zijn de luidkeelse
zwijgers. Ik hoef maar moeder
te fluisteren of daar gaan we
met zestig minuten oorverdovende
stilte. Hij was al een man van halve
woorden maar sinds haar dood
hoeft niets meer uitgesproken.
Af en toe hoor je hem slikken,
glinstert er iets aan zijn ogen
maar zijn gezicht een masker van
papier-maché, een bedje ijskoude
asperges zijn biddende vingers.
Achter hem trouwt hij haar,
zijn vingers in de hare, zijn kop
lachend naar haar toegenegen.
Tuin
Tuin weer slagroomtaart,
hier en daar een wakkere
krokus, kaarsje wegens
het verjaren. Te mooi
om aan te snijden met
maat vierenveertig.
Toch moet de vis gelucht
onder het borstplaat
van de vijver.
Weer terug achter het
warme kijkglas tel ik
de achten die ik achter
liet. Alleen bij sneeuw
de kraakheldere afdruk
van mijn ijsbeerbestaan.