Begraafplaats Jonkerbos, 1 november Nijmegen 2009 ter gelegenheid van het 60-jarige bestaan. Ik hield een voordracht en las daarin gedichten, onder andere Bij verstek; Dag Mevrouw, Dag U; Leven en Uur U.
Bij verstek
Wat de dood van je had gemaakt
was zo weinig naturel, je gezicht
was geen gezicht: al je lieve
rimpels en oneffenheden glad
gestreken, je eigenheid verdwenen
onder een met anonieme huid
bespannen schedel, je bril
te schoongewreven en dat verse
permanent maar permanent
tot in het vuur. Ik zocht je
boven onder naast je lijk
want dat leek nergens naar.
Ik probeerde nog wel moeder
- wat moest ik anders midden
in dat schuifgordijnen carré -
maar niets bewoog aan je,
ik ervoer het moederzielalleenzijn.
Leven
Drie mannen waren bij elkaar
in hout gelegd. Een was ik,
de middelste mijn vader, rechts
van hem mijn zoon zo oud
als wij. Boven ons stond grond
van anderhalve meter. Vader
had het nagemeten met de strop-
das die men hem had meegegeven.
Hij leerde ons de aarde aan,
sneed wortels klein, kneep wormen
uit, ving mollen voor mijn zoon:
zo konden wij maar moeilijk dood.