De dichter ontdekt

dichterontdekt1

Vijftien portretten van Rens van Mierlo, 2011.

dichterontdekt2

dichterontdekt3

dichterontdekt4

dichterontdekt5

Op 16 maart 2011vond in Bibliotheek Eindhoven (de WitteDame) de opening plaats van de reizende expositie waarvoor 15 landelijk bekende Brabantse dichters in woord en beeld geportretteerd zijn. In de desbetreffende bundel, De dichter ontdekt, portret van een poëet, staan de vijftien portretten die Rens van Mierlo van de dichters maakte, afgebeeld. Daarnaast is van elke dichter een hem typerend vers afgedrukt. Vroomkoning opent de bundel met een inleiding, Portretten getiteld, waarna zijn portret en zijn gedicht Zoiets staan afgedrukt. Zie ook www.dedichterontdekt.nl.

Zoiets

Er kwam sneeuw over de wereld,
spierwit en naakt begonnen we ons
hardop te herinneren wie we waren,
wie we hadden willen zijn.

‘Zoiets,’ antwoordde ik op al haar vragen
en ik ging er nog eens goed voor liggen
om me meer voor haar geest te halen
maar spreken was er niet meer bij.

Later dwarrelde ze blank en licht
van me vandaan en weer later hield ook
het sneeuwen op en dekte ik me toe
met het laken dat haar warmte nog had.

En nog later kwam er opnieuw sneeuw
over de wereld en over mij heen.

In de literatuur is de verplichte ingewikkeldheid sinds jaar en dag een sine qua non. Deze opvatting werd fel bestreden door de Amerikaanse dichter William Carlos Williams (1883-1963). Hij wilde nu juist toegankelijke verzen over concrete dingen. Volgens hem ligt de essentie van poëzie in het particuliere en concrete, alleen dat kan universele betekenis krijgen. Elk gedicht dat ertoe doet, drukt het hele leven (van de dichter) uit. ’No ideas but in the things.’ luidde zijn filosofisch adagium. Dit doet denken aan de poëzie van Herman de Coninck (1944-1997), aan die van Anton Korteweg (1944) en aan die van mijzelf.
In mijn gedichten probeer ik vanuit een (meestal private) anekdote, een levenservaring of een levensgevoel algemeen menselijke dingen op te roepen in een toegankelijk vocabulaire. In mijn verzen weerspiegelt zich weliswaar mijn leven, maar ook hét leven. De werkelijkheid van alle dag doortrekt mijn gedichten: het intieme, de naaste, de naasten, de dichtbije mensen en (hun) dingen. Ik ga uit van de dagelijkse ervaring, noem de dingen bij de naam. Gaande het gedicht roept het ene woord het andere op en verdwijnt niet zelden de autobiografische, anekdotische aanzet. Het gedicht schrijft dan zichzelf uit, gaat met mij aan de haal. Het gedicht zelf krijgt verbeelding, soms vindt het gedicht zijn eigen autobiografie uit.
Ik maak mijn vader zo voorstelbaar mogelijk, opdat hij ieders vader wordt. Vreemde paradox. Misschien ga je van de door mij opgeroepen vader meer houden dan je ooit van de echte zou doen.
Ik probeer in mijn verzen de kleine, overzichtelijke, intieme wereld in stand te houden tegen de realiteit van mijn leven in waarin ik vergeefs probeer harmonie te scheppen. Mijn verzen zijn eeuwigdurende momenten van houvast voor de dingen die mij dierbaar zijn. Hoe het nooit ophoudt toen te worden, anders gezegd: niets blijft, alles herhaalt zich. Het zijn de motto’s van mijn leven geworden.
Het grote, absolute is mijn poëzie altijd vreemd gebleven. Ik vertrouw wel Grote Gevoelens, niet de Grote Woorden erover. Als ik ze al in mijn poëzie te berde breng, worden ze in miniformaat opgediend, gelardeerd met understatement en weemoed. De Coninck noemt dit ‘kleinspraak’, wat zoveel betekent als poëtische bescheidenheid: ingehouden drama, stilte na de storm. Liever het understatement dan de hyperbool. Grote gevoelens leiden vaak niet tot poëzie wel tot de grote wind van het Niets. Hoe meer tranen, hoe minder zicht. De dichter moet niet schreeuwen, anders wordt hij onverstaanbaar. Er is poeha genoeg in de wereld; laat mij maar de intimist zijn voor wie sommige recensenten mij houden.

Een gedicht schrijven is antwoord willen krijgen op de vraag: hoe ziet dit gedicht eruit? In het vragen veronderstel je dat je weet wat je zoekt, tegelijkertijd dat je niet weet wat je zoekt. Als je begrijpt wat er gevraagd wordt, heb je het antwoord gegeven. Het gaat om de betekenis van de vraag, niet om het antwoord. Het antwoord dat je geeft, roept nieuwe vragen op.
Volgens de Duitse denker Nicolaus Cusanus (1401-1464) is iedere vraag een vraag naar jezelf, naar de waarheid, uiteindelijk naar God: de vraag naar alle vragen. God zelf is dus een vraag. De mens begint zichzelf te kennen naarmate hij vragen stelt. Dat doet hij vooral in het scheppen van beelden. Cusanus vergelijkt het verlangen van de geest naar zelfkennis met een schilder die zijn eigen schilderen probeert te schilderen: zodra deze een schilderij gemaakt heeft dat dit schilderen voorstelt, is dit schilderen zelf niet meegeschilderd. Steeds zal er een perspectief zijn dat hem ontsnapt en dat hij niet kan uitbeelden. Geen enkele menselijke kunst heeft ooit de nauwkeurigheid van de volmaakte afbeelding bereikt. De mens alleen beschikt over het inzicht in de onbereikbaarheid van de waarheid.

Analoog aan wat Cusanus over het schilderen zegt, is het schrijven van gedichten een leergang voor het verkrijgen van zelfinzicht. Nooit zal een dichter het ultieme, absolute vers schrijven, niettemin zal hij nooit ophouden te dichten dwz. zichzelf te willen kennen. Je begint aan een vers zonder dat je weet waar je uitkomt, hoe een gedicht tot gedicht wordt. Het stuurt je tot je (het) vindt: hier ben ik. Je vindt een gedicht uit, het gedicht vindt jou uit. Wat (in) een gedicht is, is (in) de maker.

Paul Cézanne (1839-1906) schilderde bijna honderd maal de Mont Sainte -Victoire om het wezen van deze berg te ontdekken, uiteindelijk dat van hemzelf. Onder het schilderen ondervroeg hij de berg die tegenover hem bestond, hem bezag, hém schilderde. Zijn doeken zijn niet alleen portretten van (het wezen van) de berg maar ook en vooral portretten van hemzelf.

Verwondering lijkt me de drijfveer van iedereen die iets wil leren kennen: de wereld, het bestaan, zichzelf. Ik probeer tijdens het schrijfproces niet te veel te begrijpen, maar me te verwonderen, met vertrouwde open ogen ontvankelijk te blijven voor nieuwe indrukken, onveranderlijk op zoek naar hetzelfde, in laatste instantie naar mijzelf. Poëzie is aanvullende mensenkennis, gedichten zijn zelfportretten. Je licht een tipje van de waarheid over de wereld, over jezelf op. Het toppunt van menselijke wijsheid bestaat in de geleerde onwetendheid, het inzicht dat onwetendheid de onvermijdelijke keerzijde van alle menselijke wetenschap is. Dit inzicht is heilzaam, omdat dit de enige manier is om ontvankelijk te blijven voor de waarheid.

Wellicht heeft fotograaf Rens van Mierlo in zijn portretten van de desbetreffende dichters een beeld kunnen vangen van alle door hen geschreven zelfportretten, van hét dichterschap. En zeggen zijn foto’s op hun beurt weer iets over zijn eigen waarheid, over hemzelf. Fotografische zelfportretten. Etc.

Victor Vroomkoning Tachtig, Zijn mooiste gedichten/ Intiem bestaan, over de poëzie van Victor Vroomkoning Gebroken WitVrije ValParenOmmezienDodemontStapelenHet formaat van waterlandBij verstekVerloren spraakIJsbeerbestaanLippendienstOud zeerEcho van een echoKlein MuseumDe laatste dingenDe einders tegemoetOorlogsgeweld in OoijpolderMijn overbuurvrouw is een meeuwLevensbericht Wam de MoorHet Nijmegengevoel Langs brede rivierenOranjesingel 42 Het BenedenstadsliedIk wou dat ik een vogel wasViering 80ste verjaardag op 6 oktober 2018Vluchtelingen in de stadVroom, frivool, VileinIlja Leonard PfeijfferOmtrent VincentGelderlandDe 100 mooiste wielergedichtenVan Hugo Claus tot Ramsey NasrAvenueDe eerste eeuw van BoonDe Nederlandse poëzie in pocketformaatBoem Paukeslag!Tijd is niks, Plaats bestaatOlifant in BoaDe bruiloft van KanaSchijndel belicht en gedichtPoëzie & beeldenStadsdichters bijeenLuister - Rijk - KijkenArnhem-NijmegenAgenda 2007TransfiguratieVers verpaktVerstild Nijmegen, Agenda 2006Waar ik naar verlang vandaagHet liefste wat ik heb25 jaar Nederlandstalige poëzie 1980-2005Agenda 20051944 - Brabants Centrum - 2004Alles voor de liefdeNooit te vangen met haar eigen penNavel van ’t landSpiegel van de moderne Nederlandse en Vlaamse dichtkunst10 Jaar NijmegenprentDe geur van ieder seizoenHet is vandaag de datumDe mooiste sonnetten van Nederland en VlaanderenHoe wordt je halfopen mond gedichtRoute 65Het mooiste gedichtBr.O.Nr.Geen dag zonder liefdeInversZie de stille minuut van de roosGroesbeekOmmetje DukenburgEen proces in de hersenenKeer dan het getij en schrijf!Circuit des SouvenirsSchrijversportrettenDodemontStapelenHet formaat van waterlandBij verstekIJsbeerbestaanTurning TidesEen zucht als vluchtig eerbetoon