Poëziepuntgl 2013 (interview)

Paren, interview voor Poëziepuntgl, door Simon Dermijn, jaargang 11, nummer 3, november 2013

Interview met Victor Vroomkoning

Op zaterdag 5 oktober jl. vond in Nijmegen een bijzonder feest plaats. De dichter Victor Vroomkoning stond in het middelpunt. Zijn nieuwe bundel ‘Paren’ werd officieel door de Arbeiderspers gepresenteerd en tegelijk vierden Vroomkoning en aanwezigen zijn dertigjarig dichterschap en zijn 75 ste verjaardag. Een groots feest met een wat schurend interview met de dichter aan het einde van het officiële gedeelte. Reden voor de schrijver van dit interview (S.D.) om de dichter maar eens te vragen wat een interview níet moet zijn.

Victor Vroomkoning: ‘Hoewel het voor lezers vaak interessant is te weten of zich achter de ik de dichter verschuilt, is dat voor de interpretatie van het gedicht zelf niet van belang; daarom kan een desbetreffende vraag beter niet gesteld worden,want dan ga je voorbij aan het gedicht zelf en dáár moet het over gaan en nergens anders over. Natuurlijk weet de dichter waar een gedicht z’n oorsprong heeft en ook waarom hij de ik-vorm gebruikt, maar dat is iets anders dan dat de interviewer aan de nieuwsgierigheid van de lezer tegemoet moet komen’. Hij geeft vervolgens een aantal voorbeelden van gedichten uit ‘Paren’ die indirect hun oorsprong hebben in reële gebeurtenissen in het dagelijkse leven van de dichter. Het gedicht ‘Stembereik’ is bijvoorbeeld ontstaan uit een emotioneel relaas van iemand die bij de dichter op bezoek was en huilend zijn verhaal deed. ‘Het gedicht is echter los gemaakt van de persoon die het overkwam. Dat is een absolute voorwaarde voor een goed gedicht. Gedichten kunnen wel een autobiografische oorsprong hebben maar moeten worden losgekoppeld om een goedgedicht te worden, om het particuliere te overstijgen’.

Hij geeft een ander voorbeeld uit de bundel, het gedicht met de titel ‘Galatea’. Het verwijst zeer indirect naar de mythe volgens welke Pygmalion, koning van Cyprus en begenadigd beeldhouwer, uit wit marmer een vrouw creëert bij gebrek aan een levend equivalent. Om deze vrouw, op wie hij verliefd raakt, tot leven te wekken, brengt hij iedere dag een offer aan de godin Aphrodite, de godin van de liefde, die zijn verlangen uiteindelijk verhoort: Galatea wordt ‘geboren’, zij die melkwit is.

V.Vr.: Ik had op een bepaald moment een ingeving voor de eerste regel van dit gedicht: ‘Ik had de zomerjurken van mijn buurvrouw lief (...)’. Na die eerste regel schreef het gedicht zich verder zelf en wist ik ook welke titel ik nodig had: ‘Galatea’. Vervolgens draagt hij met passie het gedicht voor: ‘Ik had de zomerjurken van mijn buurvrouw lief / zoals ze in de wind om haar gazellenbenen wuifden / zoals ze ternauwernood haar rondingen binnen hun boordsel konden houden /. Ik had ze zo lief dat ik mijzelf aantrof in de woning / waar ze uithingen, ik er een ontknoopte, in mijn armen / nam en ze vanzelf alle vormen van de draagster prijsgaf.’

De opmerking van Vroomkoning dat na de eerste regel het gedicht zich op een bepaald moment zelf schrijft en dat de dichter niets anders kan doen dan het te volgen, leidt, ook vanzelf, tot de volgende vraag: ‘Kun je stellen dat de dichter zichzelf schrijft?’

V.Vr.: ‘Ja, ik denk dat je de spijker op de kop slaat. Mijns inziens geeft elk gedicht een stukje van de dichter prijs, naar de vorm en naar de inhoud. Ik heb het daar eens met ( SD: de Vlaamse dichter) Herman de Coninck over gehad die toen zei: “Ik schrijf om mijzelf beter te leren kennen en mijzelf opnieuw uit te vinden”. Elk gedicht is dus in feite een poging om via de taal dieper tot jezelf door te dringen. Als je alle gedichten bij elkaar hebt, heb je een goed portret van jezelf’.

Vroomkoning publiceerde veel in tijdschriften, maakte deel uit van verschillende jury’s voor poëzieprijzen en gaf les en workshops op het gebied van poëzie. Tijdens het interview geeft hij duidelijk aan waar een goed gedicht aan moet voldoen: verwondering, authenticiteit en afstand. Begrippen die ook al voorkomen in een interview met hem in het eerste nummer van Poëziepuntgl. (2003) met Herman Erinkveld. In dit interview onderstreept hij het belang van kennis van de grammatica. ‘Zonder voldoende grammaticale kennis, blijft een dichter toch licht gemankeerd’.

Victor Vroomkoning was twee jaar (2006-2008) stadsdichter van Nijmegen. In totaal schreef hij achttien stadsgedichten waaronder een gedicht over het verzet, een voor een eenzame dode en een gedicht voor het plaatselijke hospice. Je ziet dat veel stadsdichters, en ook de voormalige Dichter des Vaderlands, zich overwegend laten inspireren door maatschappelijke onderwerpen. Was dat bij Vroomkoning ook het geval?

V.Vr.: ‘Nee, eigenlijk niet. Die onderwerpen zijn me te groot. Een onderwerp moet iets met me doen. Het moet liefst over mensen gaan en de context moet klein, intiem, meetbaar zijn. Als ik les of workshops geef is dat altijd het eerste wat me treft, dat mensen vaak te grote onderwerpen kiezen om over te schrijven. “Niet doen” zeg ik dan, “kies iets kleins en persoonlijks dat je treft, zonder in de anekdote te blijven steken”.

Heeft het stadsdichterschap uiteindelijk ook invloed gehad op zijn eigen poëzie?

V.Vr.: ‘Omdat je de thematiek min of meer krijgt aangedragen, kun je meer aandacht besteden aan de vorm. Normaal gaan inhoud en vorm vanzelf samen of probeer je beide met elkaar te verenigingen. Gedichten in opdracht zoals bij het stadsdichterschap houden je toch van je eigen poëzie af’.

Victor Vroomkoning heeft in de loop van de jaren veel bundels uitgebracht. Hoe komen zijn bundels tot stand? Is het uitgangspunt ‘een bundel’ of schikken de gedichten zich langzamer-hand rondom een thema?

V.Vr.: ‘Meestal ontstaan er gedichten rondom een thema. Enkele gedichten voor de nieuwe bundel (SD: Paren) lagen al een tijdje te wachten om samengebracht te worden maar pas nu was het zo ver. Het is mijn tweede bundel met erotische gedichten. De eerste, Lippendienst, verscheen in 1997 onder het pseudoniem Stella Napels. Ik heb voor Paren grotendeels nieuwe gedichten geschreven en een paar herschreven.’ Een belangrijke inspiratiebron voor Paren was de uitgave ‘De liefde, natuurlijk’ (de Arbeiderspers, 1992) van de Braziliaanse dichter Carlos Drummond de Andrade in de vertaling van August Willemsen.

V.Vr.: ‘Het is een prachtige bundel vol erotische poëzie. Het boek heeft jarenlang in mijn blikveld gelegen, zodat ik er regelmatig aan herinnerd werd een dergelijke bundel af te willen scheiden.’

‘Wat zijn de voornaamste verschillen tussen de erotische poëzie van de Andrade en die van Vroomkoning?’

V.Vr.: ‘Mijn poëzie is minder lyrisch dan die van de Andrade. Bij mij vind je ook altijd mijn thematiek terug: liefde, verval en dood.’

Vroomkoning benadrukt dat de bundel van Carlos de Andrade pas na zijn dood werd uitgegeven, omdat hij bang was voor pornograaf te worden uitgemaakt. ‘Ik heb de bundel nu al uitgegeven, bij de Arbeiderspers!

Victor Vroomkoning Tachtig, Zijn mooiste gedichten/ Intiem bestaan, over de poëzie van Victor Vroomkoning Gebroken WitVrije ValParenOmmezienDodemontStapelenHet formaat van waterlandBij verstekVerloren spraakIJsbeerbestaanLippendienstOud zeerEcho van een echoKlein MuseumDe laatste dingenDe einders tegemoetOorlogsgeweld in OoijpolderMijn overbuurvrouw is een meeuwLevensbericht Wam de MoorHet Nijmegengevoel Langs brede rivierenOranjesingel 42 Het BenedenstadsliedIk wou dat ik een vogel wasViering 80ste verjaardag op 6 oktober 2018Vluchtelingen in de stadVroom, frivool, VileinIlja Leonard PfeijfferOmtrent VincentGelderlandDe 100 mooiste wielergedichtenVan Hugo Claus tot Ramsey NasrAvenueDe eerste eeuw van BoonDe Nederlandse poëzie in pocketformaatBoem Paukeslag!Tijd is niks, Plaats bestaatOlifant in BoaDe bruiloft van KanaSchijndel belicht en gedichtPoëzie & beeldenStadsdichters bijeenLuister - Rijk - KijkenArnhem-NijmegenAgenda 2007TransfiguratieVers verpaktVerstild Nijmegen, Agenda 2006Waar ik naar verlang vandaagHet liefste wat ik heb25 jaar Nederlandstalige poëzie 1980-2005Agenda 20051944 - Brabants Centrum - 2004Alles voor de liefdeNooit te vangen met haar eigen penNavel van ’t landSpiegel van de moderne Nederlandse en Vlaamse dichtkunst10 Jaar NijmegenprentDe geur van ieder seizoenHet is vandaag de datumDe mooiste sonnetten van Nederland en VlaanderenHoe wordt je halfopen mond gedichtRoute 65Het mooiste gedichtBr.O.Nr.Geen dag zonder liefdeInversZie de stille minuut van de roosGroesbeekOmmetje DukenburgEen proces in de hersenenKeer dan het getij en schrijf!Circuit des SouvenirsSchrijversportrettenDodemontStapelenHet formaat van waterlandBij verstekIJsbeerbestaanTurning TidesEen zucht als vluchtig eerbetoon